Zo pak je ruzie met je partner aan na de geboorte van jullie baby
Knallende ruzie om een overvolle luieremmer? Geen zorgen, dit hoort bij het prille ouderschap. Ineens zijn jullie niet meer alleen geliefden, maar ook ouders. In combinatie met weinig slaap en veel verantwoordelijkheid, genoeg reden om elkaar vurig achter het behang te wensen. Zo ga je met de meest voorkomende situaties om.
Ruzie om het huishouden: ‘Jij doet ook nooit wat!’
Je partner zit op die nooit stil-staande telefoon terwijl jij rondloopt met een huilende baby. Nadat je een volle luier aantreft náást de luieremmer, is de maat vol.
“Over de rolverdeling hebben veel jonge ouders ruzie”, vertelt relatietherapeut Joey Steur van Praktijk de Liefde. “Het belangrijkste is dat je hier over praat. Geef aan wat je dwarszit en stel vragen: hoe ziet hij/zij dat, en wat zou hij/zij graag willen doen? Wees eerlijk en kijk ook naar jouw aandeel. We zijn snel geneigd om dat kleiner te maken dan het is.”
Ruzie om aandacht van de kinderen: ‘Hier, neem jij hem dan maar!’
Een volle dag met een jengelend kind heeft je volledig leeggezogen. Níets helpt. Maar zodra je partner zijn hoofd om de hoek steekt, straalt je baby. Ja, daar zou je heel blij om moeten zijn. Maar je voelt een steek van jaloezie en overhandigt met een grote zwaai jullie kind.
Steur: “Veel moeders zien zichzelf als de verzorgers, en papa is de clown die de kinderen aan het lachen maakt. Dat kan je natuurlijk onzeker maken: ‘bij mij lachen ze minder en ik ben er alleen om te troosten.’ Wees hier eerlijk over, ook naar jezelf. Het helpt niet om je voor die emoties te schamen of ze op je partner af te reageren. Vertel het hem, dan weet hij het ook. Dat lucht op, meer is eigenlijk niet nodig. Het erover hebben is al heel goed.”
“Accepteer dat je partner het misschien anders doet dan jij.”
Ruzie om de zorgtaken: ‘Ik doe het ook nooit goed!’
Je ziet je partner klooien met een waterthermometer en een tube zeep terwijl hij/zij het hoofdje van jullie kind nog maar net boven water weet te houden. Het gaat goed, maar jij zou het toch anders aanpakken. Handiger vooral. Vind jíj. Het is eruit voordat je er erg in hebt: ‘Laat mij maar even.’
“Moeders hebben vaak het idee dat ze beter zijn in de zorgtaken”, legt Steur hierover uit. “En daarmee nemen ze de ruimte van de partner in. Accepteer dat je partner het misschien anders doet dan jij. Als de één constant alles aanpakt, dan zal de ander steeds minder initiatief nemen omdat-ie het toch nooit goed doet. Terwijl jij juist wilt dat je partner meer van jou overneemt.”
Ruzie om interesses: ‘Je bent alleen maar met de baby bezig!’
Je bevalling is alweer een paar weken geleden, en je geniet nog volop van je afgesloten baby-cocon. Maar ondertussen staat je partner alweer vol in de echte wereld. En dat botst, soms.
Steur vindt in dit geval dat de partner wel wat begrip mag tonen. “Dit is nou eenmaal de periode waarin de moeder zich vastklampt aan haar kind. Dat hoort, en dat heeft het kindje nodig. Als je je als ouder een beetje voorbereid hebt, weet je dat ook. Natuurlijk moet je het bespreken als een van de ouders zich echt achtergesteld voelt, maar hier geldt: niet alles hoeft op tafel. Ik denk dat dit gewoon een kwestie van accepteren is.”
Ruzie om niets: ‘Volkóren pasta? Kan je dan ook helemaal niets?!’ *Barst in huilen uit*
Naar boven afgerond heb je deze week zo’n acht uur geslapen. In totaal. Je partner zit op ongeveer hetzelfde aantal. Nadat hij/zij met de verkeerde boodschappen thuiskomt, is het voor jou helemaal klaar. Moet je dan alles zelf doen?
“Bij sommige ruzies moet je echt even samen aan tafel zitten om tot een oplossing te komen. En soms hoeft dat juist helemaal niet. Jullie zijn moe, accepteer dat het nu even zo is. Spreek wel uit dat je je zo voelt, maar verder hoef je er niets mee te doen. Dat jullie je bewust zijn van de situatie, werkt al verzachtend.”